Molenterrein de Otter in Amsterdam is één van de vier winnende plannen voor de SBIR-oproep Innovaties Duurzaam Erfgoed. Een aantal gebouwen op het terrein van de oudste houtzaagmolen ter wereld wordt binnenkort verwarmd met de energie uit de Kostverlorenvaart. Deze veelbelovende pilot is een belangrijke innovatie die bijdraagt aan een energieneutrale toekomst voor het monumentale ensemble uit 1631. Een waar duurzaam icoon voor houtbouw op steenworp afstand van De Jordaan.
Unieke pilot in Amsterdamse binnenstad
Energie uit oppervlaktewater kan 40% van de warmtevraag in de gebouwde omgeving verzorgen, maar bij monumenten gebeurt dit nog nauwelijks. “Daar gaat ons project verandering in brengen. Bij Molen de Otter winnen we met een warmtewisselaar de energie uit de Kostverlorenvaart. Hiermee worden de monumentale gebouwen op het terrein verwarmd.”, aldus Suze Gehem van De Groene Grachten. Dit passieve aquathermie systeem bestaat uit diverse modules en is geïntegreerd in de damwand. Bijkomend voordeel van de aanpak is de aandacht voor de kademuren in Nederland, die op veel plekken in zeer slechte staat zijn. Zo is er in Amsterdam alleen al een gigantische opgave om 200 kilometer kademuren te renoveren vanwege verzakkingen en slechte staat.
Over de SBIR
De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat vroegen ondernemers in de creatieve en innovatieve sector vernieuwende producten of diensten te ontwikkelen voor duurzame verwarming van monumentale panden. Er zijn in totaal 4 projecten geselecteerd voor de prototypefase van de “SBIR-oproep Innovaties Duurzaam Erfgoed”. De Groene Grachten en ontwikkelaar Gedachtegoed dienden het winnende plan in, en ontvangen € 150.000 euro voor het realiseren van het prototype.
Duurzame toekomst voor de Otter
Naast deze slimme innovatie waarbij warmte uit het oppervlaktewater wordt gewonnen, zet Molen de Otter nog veel meer duurzame stappen. De Groene Grachten maakte hiervoor een duurzame roadmap. Zo worden de gebouwen goed geïsoleerd, zonnepanelen geplaatst en energie opgewekt via warmtewisselaars in de funderingspalen. De stadsimker houdt 40.000 bijen en de droogloodsen worden met lokaal hout uit Nederland gerestaureerd. Projectleider Guido Mensink wil een icoon voor houtbouw creëren en de molen en omliggende gebouwen voor toekomstige generaties behouden en dit Amsterdamse culturele erfgoed openbaar toegankelijk maken. “We willen goede voorouders zijn, dat betekent dat je verder moet dromen dan één tot twee jaar vooruit, dan moet je dromen over 50 of misschien zelfs 100 jaar vooruit. De Groene Grachten helpt ons daarbij om van droom naar daad te gaan.” Een prachtige samenwerking en we hopen hiermee anderen te inspireren. Want als verduurzamen hier kan, dan kan het toch overal?